[Mr. Hendrik Jacob Schomaker]
SCHOMAKER (Mr. Hendrik Jacob), broeder van den vorige, promoveerde als advocaat na verdediging eener Diss. de Jure cloacarum, en werd later geheimraad van den koning van Pruissen en diens resident, mitsgaders gevolmagtigde van het hertogdom Kleef, van het vorstendom Meurs en het graafschap Marck, bij de regering te Amsterdam. Hij huwde 28 December 1766 met de eenig overgeblevene dochter van Jan van Herzeele en Johanna Maria van Riel, heer en vrouw van 't Laer en Middelwyck, in 1746 geboren. Hij overleed in 1782, acht kinderen nalatende.
Zie de adviezen van hem en zijn vader in de Deducta van de rechten en gerechtigheden van de Heerlijkheid Almelo, gedaan door den Hooggeb. Heere Adolf Philip Zeger, Graaf van Rechteren, Heer van Almelo, 1749, bl. 505 volgg.; Ms. Geneal.; Blaupot ten Cate, Gesch. d. Doopsgez. in Overijssel en Oostfriesl., D. II. bl. 76, 77; Regist. van Orat. en Dissert. no. 855.