[Jan Jansz Schipper]
SCHIPPER (Jan Jansz.), Amsterdamsch boekdrukker en dichter uit de eerste helft der 17 eeuw. Zijne poëzij is verspreid voor de werken zijner tijdgenooten. Voor het tooneel vervaardigde hij:
Ariane, trsp. op d'Aemsteld. Schouwb. in 't Jaer 1644 vertoont. (met de spr.):
Die naer zijn welstant staet, en onheil zoekt 't ontvlien, Moet, daar de nyd hem dreygt, met duyzent oogen zien. Amst. 1644.
Onvergelijkelijke Ariane, of verloste kuysheyt uyt Romen, vertoond (als boven) 1655 (45?). Ald. 1646.
Hetzelfde stuk als het vorige, gewijzigd. Beide met 's dichters portret. 1641. Oud 23 jaar.
Onvergelijkelijke Ariane in Thessalien, vertoont. Ald. 1656.
Thomas Morus den grooten kanselier van Engeland met 't verstooten der koningin Katryne; trsp. gesp. Ald. 1659.
Verovering van Rhodes, met de onnozele Bloed-schande; trsp. Ald. 1741.
In Bloemkrans van verscheidene gedichten. Amst. 1659 gaf hij twee gedichten:
Opwekking der stad Amsterdam tot het inhalen der koninginne van Groot Brittanje en de Nieuwe Antichrist.
Hij vertaalde uit het Fransch:
De kracht der liefde betoond aan de schoone Olimpia, kuysche Sylvia, en deugdelyke Melindo, en getrouwe Argens. T'Amst. 1641, met titelpl. van A. van der Venne.
Hij is meer als uitgever der werken van J. Cats, dan door zijn eigen geschriften bekend.
Zie Witsen Geysbeek, B.A.C. Woordenb. D. V. bl. 236; Cat. der Tooneelspelen van W. Henskens. No. 60; Cat. der Bibl. v.d. Maats. v. Ned. Letterk. D. I b. bl. 191, D. II. bl. 555.