Biographisch woordenboek der Nederlanden. Deel 17. Eerste stuk

[Dirk Sardet]

SARDET (Dirk), beroemd tooneelspeler, werd in 1747 te Amsterdam geboren, betrad voor de eerste maal het publiek tooneel in 1770 bij het Vlaamsche tooneelgezelschap, onder directie van den heer Neyts. dat zich toen door het opvoeren van meest uit het Fransch in het Vlaamsch vertaalde zangspelen. Na het afbranden van den Amsterdamschen Schouwburg, in 1772, vertrok hij naar Rotterdam, waar hij in het huwelijk trad met de weduwe Lamberger, geboren Wouters. Na aldaar eenigen tijd met zijne vrouw bij het tooneelgezelschap van mejufvrouw M. de Bruyn te hebben doorgebragt, werd hij benevens zijne vrouw aan den nieuwen Schouwburg te Amsterdam verbonden (1779), waar hij voor de eerste maal de rol van Arend, in Vondels treurspel, Gijsbrecht van Aemstel vervulde. Hij had een aangename en smaakvolle voordragt, fijne beschaving en gemanierdheid, die hem tot in

[p. 123]

hoogen ouderdom de gunst van het publiek verwierven. Den 1 April 1814 nam hij zijn afscheid van het tooneel, na voor de laatste maal in den rol van van Roest in de Hoefsmid te zijn opgetreden, ontving van directeuren van den Schouwburg een jaarwedde van f 1000, en overleed te 's Graveland, waar hij zich vestigde, in het 70^e jaar zijns ouderdoms.

Zie Nieuwenhuis, (Aanhangsel); Kobus en de Rivecourt; Kunst- en letterb. 1814, D. I. bl. 159.