[Jean de la Salle]
SALLE (Jean de la), latijnsch dichter, in het eind der 16e eeuw te Veurne geboren, studeerde te Leuven in de regten en godgeleerdheid, en werd baccalaureus in beide faculteiten. Na tot priester gewijd te zijn, werd hij pastoor te Thieldonck (1626). Volgens Foppens overleed hij aldaar in 1658, doch het blijkt uit de registers dier parochie, dat hij tusschen den 15 Augustus en den 18 September zijne betrekking nederlegde.
Hij gaf in het licht:
Poëmata. Lovauii 1633, 8o.
Coufutatio Joannae Papissae. Una cum celeberrimis beatissimae Virginis Mariae laudibus, juribus, et praeoniis. Deque Dei circa Viatores concursu, et Militantis Ecclesiae statu. Item Meritorum, Purgatorii et Traditionum catholica Analogia. Opus cumprimis p.um et conditum, ac versu jam primum in lucem, editum. Lovanii 1633. 12o.
Zie Foppens, Bibl. Belg. T. II. p. 722; Paquot, Mém. T. III. p. 612; Peerlkamp, de Poët. Lat. Belg. p. 386.