Celebes, in oorlog. De Maatschappij ondersteunde den eersten, 't geen de nederlaag van den laatsten, die reeds eenige voordeelen behaald had, ten gevolge had.
Ook ontstond er onder zijne regering geschil tusschen Tolucco, koning van Ternate en Hassano, koning van Tidor. Tolucco bezette een engen weg op Gilolo, op het grondgebied der Maatschappij, 't geen de onderdanen des konings van Tidor verpligtte soms een omweg van 20 dagen te nemen. Om de gevaarlijke gevolgen voor te komen van dit geschil, wist de gouverneur van Amboina, geen beter middel dan den weg voor ieder vrij te verklaren. Hierin had echter de koning van Ternate geen behagen, 't geen ten gevolge had, dat de gouverneur de hooge regering met dezen twist bekend maakte, en onderstand verzocht, die zoo spoedig mogelijk werd gezonden, en aan de engte een fort met 12 stukken bouwde.
Kort daarna openbaarden zich op 't eiland Java nieuwe onlusten, die tot een warmen oorlog aanleiding gaven. In 1712 ontving Riebeek een gezantschap van den keizer, om te weten of de Maatschappij goed zou keuren dat zijn zoon hem, thans 60 jaren, ten zijnen tijd in 't gebied opvolgde, en hoe de Maatschappij zich zou gedragen, indien de prinsen van Sourabaja zich tegen deze opvolging zouden aankanten? In 't volgend jaar ontving de regering een tweede anbassade met prachtige geschenken, dat de 2 Mei 1713 plegtig werd ontvangen. Toen de gezanten ten gehoore ontvangen waren, verzocht de gouverneur hen den keizer te herinneren, in welke onlusten de compagnie zich te zijner behoeve had gestoken, de moeite, die zij zich had verwekt, en de sommen door haar verspild; de beloften door hem, tengevolge hiervan gedaan, en de verpligting, die op hem ruste, ze te vervullen, waarop de gezanten met een geschenk van een schoonen kemel werden teruggezonden. Die van Sourabaja bereidden zich ondertusschen ten oorlog en verzamelden van alle kanten een menigte troepen. Het duurde echter nog eenige jaren, eer de oorlog uitbrak, die van Riebeek echter niet beleefde.
Hij was een ijverig onderzoekend man, standvastig aan het eens gegeven woord. Ook was hij een groot liefhebber van paarden en reed zeer veel. Men weet dat hij een gemelijk humeur en een verdrietelijken inborst had, zelfs zoo, dat niemand hem ooit heeft zien lagchen. Hij was de eerste die op Java overland, met bijna onoverkomelijke moeite, de woeste donkere bosschen doorkruiste, en den hoogen javaanschen bergrug overtoog, dringende zelfs tot aan de zeekust door.
Onderscheidene buitenlandsche reizen verzwakten hem zeer, zoodat hij op het laatst een ziekelijk leven leidde en