[Cornelis Ploos van Amstel]
PLOOS VAN AMSTEL (Cornelis), zoon van Jacob Cornelisz. Ploos van Amstel, werd den 14den Januarij 1726 te Weesp geboren, en te Amsterdam opgevoed. Volgens zijn eigen aanteekening leerde hij aldaar lezen bij Matthijs Berg, schrijver bij den vermaarden schrijfmeester Gerard Elink. Van zijn elfde jaar kreeg hij voortdurend onderwijs van G. Warren, een goed teekenaar, landmeter en ongemeen bedreven in het teekenen, de perspectief en in de beginselen der meetkunde, en sedert 1738 dat van den kunstschilder Nolbertus van Blommen. Deze leerde hem met rood en zwart krijt op een breede en stoute manier teekenen naar de voorbeelden van Caracce, Poussin en Corn. Vischer.
Ofschoon voor den handel, dien hij later niet met den gelukkigsten uitslag beoefende, opgeleid, bleef hij de beeldende kunsten met eene hartstogtelijke liefde beoefenen, en genoot den omgang met de voornaamste meesters van dien tijd, als Jacob de Wit, Cornelis Troost, Isack Moucheron en anderen. Door deze meesters voorgelicht en door eigen fijnen smaak geleid, legde hij een kunstkabinet aan, dat onder de eerste van Europa mogt gerangschikt worden. Het groeide allengskens tot over de 5,000 teekeningen van de voornaamste Italiaansche, Fransche, Hoogduitsche en Nederlandsche meesters van Guido af tot op zijnen tijd aan. Ook in vreemde en inlandsche prentkunst van vroegeren tijd en bijzonder uit de 17de eeuw was zijne verzameling rijk en keurig. Daaronder muntte uit een heerlijk exemplaar der prentkunst van Rembrandt, waarvan José een beredeneerden catalogus in het licht heeft gegeven. Voorts bezat hij schilderijen, miniaturen, beeldwerken, penningen, medailles, enz. Deze rijkdom van kunst werd in Maart 1800 in het openbaar verkocht en bragt de som van f 109.406.00 op, behalve de prenten van Rembrandt, die later in veiling zijn gebragt. Hij zelf was een goed teekenaar, en het is aan hem dat men de beroemde prentteekeningen te danken heeft, waarvan de