had zich vermeten opene brieven op zijn eigen hand uit te geven, om zijn krijgsvolk te verplaatsen, waartoe hij door Leicester scheen gebragt te zijn. Ook had hij, op last van Leicester, krijgsvolk geworven, en hielp daarmede Hakvoort, Boxberghe en Nieuwbeek innemen.
Bilderdijk noemt zijne ter dood brenging ‘een justitiemoord in den echten zin.’
Zie Hooft, Ned. Hist. bl. 1205; Reijd, Ned. Oorl. bl. 133; Bor, Ned. Hist. B. bl. 20 (29), 48 (71), 63 (93), 67 (98); v. Meteren, Ned. Hist. B. XIV, bl. 259; Wagenaar, Vad. Hist. D. VIII, bl. 258 volgg.; Kluit, Ned. Staatsg. D. II, bl. 408-410; Bilderdijk, Gesch. des Vaderl. D. IX, bl. 270; Brandt, Hist. der Ref. D. I; Arend, v.H. D. III. St. I, bl. 314-318; Dr. W. Bisschop, de Woelingen der Leicestersche partijen; Mevr. Bosboom Toussaint, Gideon Florensz.; Nav. D. IV, bl. 163.