[Joh. Neomagus]
NEOMAGUS (Joh.), ook Noviomagus of Bronckhorst, te Nijmegen geboren, onderwees omstreeks 1539 de wiskunde te Keulen, werd inspector der stadsschool te Rostock (anderen noemen hem professor Mattheseos aldaar) en in 1542 als magister ingeschreven. Omstreeks 1546 werd hij rector der school te Deventer, daarop licentiaat in de regten, ging in 1569, ten gevolge der vervolgingen om de godsdienst, naar Keulen, waar hij in 1570 stierf.
Hij schreef:
Logistice et theoremata numerorum s. arithmeticum.
De astrolabii compositione.
Annatationes op Beda de ratione temporum, natura rerum, et loquela per gestum digitorum.
Comment. in Aristotelis quosdam libros.
Georgii Trapezuntii de re dialectica libellus cum Scholiis Noviomagi ab eodem recognitis atque locuplet. Adj. est ab eodem Gilberti Poretani libellus de sex principiis, Basil., 1536, 8o. Col, 1538, 8o.
Ook gaf hij eene Latijnsche overzetting van Ptolomaeus Geographia, in 1540 met houtsneden kaarten in het licht verschenen, en in 1546 8o. herdrukt.
Zie Jöcher, Adelung en Rotermund, Bibl. Bunav. T. I. Vol. II. p. 1110; Saxe, Onom. T. III. p. 191; Hager, Geogr. Büchensaal. 2. B.S. 356.