[Pieter Cornelisz. van der Morsch]
MORSCH (Pieter Cornelisz. van der), bijgenaamd Piero. In het laatst der 16e en begin der 17e eeuw Kameraar bij de Leydsche rederijkers, werd in 1570 stadsbode en ziende dat hij zou worden afgezet, bedankte hij in September 1620. Hij was ook lid der Kamer der Witte Accolegen aldaar. Op het stadhuis te Leyden wordt een boekje met zijne gedichten en zijn portret bewaard.
Zie van der Aa, N.B.A.C. Woordenb.; Schotel, Gesch. der Rederijkers, D. II. bl. 267.