[Gerardus Lopperssum]
LOPPERSSUM (Gerardus) of Loppersum, Loppersius, Lemonius, meest Magister Gerard genoemd, werd in het dorp Loppersum in Groningerland geboren en te Groningen door den beroemden rector Regnerus Praedinius in de oude talen en wijsbegeerte onderwezen, en voltooide zijne studie te Leuven, waar hij zich ook op de regtsgeleerdheid, geneeskunde en godgeleerdheid toelegde, en tot zijn levens onderhoud zelf onderwijs gaf. Vervolgens bekleedde hij de betrekking van rector te Groningen en Maastricht. Te Groningen was hij de opvolger van zijn leermeester, die veel werk maakte van de uiterlijke welsprekendheid en hem daarin merkelijk vooruit was. Loppersum daarentegen legde zich meer op de dichtkunde toe, waarin hij zijne leerlingen onderwees. Om zijne onbedrevenheid in de welsprekendheid werd hij uitgelagchen, terwijl de dichtkunde, als meer wezenlijke moeite vorderende, hem gehaat maakte. Hierom legde hij zijn post neder en vertrok naar Maastricht, waar hij in 1582 stierf.
In 1550 gaf hij te Leuven het Enchiridion van Epictetus uit en voegde daar achter Imago vitae uit het Grieksch in Latijnsche verzen door hem overgebragt. Hij sshreef ook vele Epigrammata ad Diversos, Epitaphia en Epicedia. Ook vertaalde hij de Grieksche gedichten van Gregorius Nazianzenus in het Latijn en schreef Grieksche brieven.
Nog heeft men van hem:
Propugnatio Sententiae Car. Baronii contra Marsilium Neapolitanum Theologum, 4o.
Zie Suffrid Petrus, De Script. Frisiis. Dec. XIII. p. 387 seqq. Val. Andreas, Bibl Belg. p. 277; Sweertii Ath. Belg. p. 282; Foppens, Bibl Belg. T. I. p. 354; voorts Jöcher, Kok, Hoogstraten, Kobus en de Rivecourt.