Biographisch woordenboek der Nederlanden. Deel 11

[Robert van Longeval of Longueval]

LONGEVAL (Robert van) of Longueval, heer van la Tour en Warlain, ridder, herkomstig van een beroemd geslacht dat te Gent en elders de hoogste eerambten bekleedde en aan de aanzienlijkste huizen vermaagschapt was, was een der verbondene edelen, en bleef, schoon hij bij Anchijn wel omtrent 400 beeldstormers versloeg, getrouw aan het verbond, begrijpende, dat liefde voor oproermakers niets gemeen heeft met ware vrijheidsliefde. Hij werd kapitein binnen Vianen in dienst van Brederode, en huwde Margarite van Montmorency, daarna Johanna van Gaveren. Hij verwekte bij de eerste een zoon, Robert, die eerst een heimelijk huwelijk

[p. 593]

aanging en drie kinderen won, doch later in huwelijk nam Louise van der Gracht of de la Fosse, vrouwe van Givency, welker eenige dochter huwde met Philips van Bergen, heere van Boubers.

Zie l'Espinoy, Rech. Livr. I. p. 315, 316, T. II. p. 562, 567; le Charpentier, Hist. de Cambr. P. III. p. 545, 595, 596, 736-741, 833 en elders. Christinaeus, Jur. her. P. I. p. 494, 497; Nob. des P.B. T. I. p. 91, T. II. p. 551, 552; Généal. de la Maison de Mailly, p. 134; Quart. Généal. T. I. p. 125, 241; Miraei, Donat. Belg. p. 318; Hoynck van Papendrecht, Anal. T. II. P. II. p. 98. Sent. van Alva, bl. 225; Wagenaar, Vad. Hist. D. VI. bl. 125, 189, 211; Te Water, Verb. der Edel. D. II. bl. 501, 502, D. III. bl. 339.