Nieuwe Mengeldichten, Dev. 1819.
De Harmonie van het Heelal en andere gedichten, 's Hage, 1821.
Poëzy, 2de dr. Dev. 1826. 2 d.
Nieuwe Gedichten, Ald. 1828.
Twaalf liederen voor 3 Zangstemmen, gezet door G.W. Röhner, Dev. 1821.
Het begraven van lijken binnen steden en dorpen; dichtstukje, Dev. gr. 8o.
Proeve over de Goddelijke leiding van de gebeurtenissen der Wereldgeschiedenis, Leid. 1838. 8o.
Ontwikkeling van eenige hoofdbeginselen der Nederlandsche Armen wetten, Dev. 1838. gr. 8o.
Van Loghem overleed den 7den April 1843.
Ook verdienen zijne pogingen om het volksgezang te verbeteren, eene loffelijke vermelding, waartoe hij in 1825 te Deventer bij Joh. Lange, Proeve van Liederen, in twee stukjes, in het licht gaf, die ook in losse stukjes verspreid zijn, welke hier en daar blijken dragen van zijne geschiktheid om voor de lagere standen te dichten.
Zie van Kampen, Bekn. Gesch. der Ned Lett. en Wetens. D. II. bl. 486. van der Aa, N.B.A.C. Woordenb. D. II. bl. 367. Cat. R.v.d. Aa, bl. 111.