[Jacob Lobs]
LOBS (Jacob), Burgemeester van Medemblik, afgevaardigde uit de Gecommitteerde Raden der Staten van Holland en het Noorderkwartier, in 1672 Kommandant van 1375 mannen uit West-Vriesland en het Noorderkwartier, die met 16 binnenschepen van Hoorn naar Harderwijk en van daar naar den Ysselkant voeren, om den inval van den Bisschop van Munster te helpen keeren. Hij was in hetzelfde jaar Admiraal (het is onzeker of hem deze titel door de Admiraliteit en het Noorderkwartier gegeven werd, dan of hij alleen onder die benaming bij de zeelieden bekend was) van zeven te Hoorn ten oorloge toegeruste schepen, die in zee staken om de Zuiderzee vrij te houden. Niet langer dan een etmaal op zee geweest zijnde, bragten zij reeds een vijandelijk schip te Hoorn op en kozen terstond weêr zee. Toen Prins Maurits de Braziliaan het voornemen op had gevat om de Swartsluis, waarvoor de onzen reeds tweemaal het hoofd gestoten hadden, met geweld van wapenen tot de overgave te dwingen, kweten zich de uitleggers en gewapende jagten en tjalken der Zuiderzee, in persoon door Admiraal Lobs aangevoerd, wel van hun pligt. Deze en andere kleine schepen deden veel nut en hielpen o.a. Blokzyl veroveren.
Zie Hist. van Enkhuizen, verv. bl. 293. Abbing verv. op de Chr. v. Velius, bl. 115-133. J.C. de Jonge, Gesch. van Neêrl. Zeew. D. III. St. I. bl. 167, 168, 335. Chr. van het Hist. Genootsch. D. V. bl. 436, D. VI. bl. 188, 190.