Biographisch woordenboek der Nederlanden. Deel 11
(1865)–A.J. van der Aa– Auteursrechtvrij
[pagina 378]
| |
groot konstenaar’ die de school der Gebroeders van Eijck voortzette, genoemd. Waarschijnlijk is hij dezelfde met Deric de Lovanio, door Vasari vermeldt, en Dirck van Haarlem, ook wel Diederik Stuerbout genaamd. ‘Hij was een uitnemend groot meester van figuren te maken, waarop onder anderen de overschoone tafel van onsen Heere, in onse Vrouwenkerk, hier 't Antwerpen, gezien werd.
Zie Guicciardyn, Beschr. der Ned. (Amst. 1816) bl. 125. Kramm, Lev. en Werk. der Holl. en Vl. Sch. D. IV. bl. 906. |
|