Taalkundige Aanmerkingen over de Letters A en B meest vreemde en bastaardwoorden, 17 bl. fol.
Excerpten uit: De Gramschap in dry boecken enz. door P. Levinus de Meyer, Lovan. 1725. 8o. 8 bl. langw. fol.
Taalkundige Excerpten uit J. Cats Zinne- en Minnebeelden, Selfstryt, vooral uit syn Houwelyk naar de uitg. 1726. fol. 60 bl. 4o.
Zeemans Woordenboek op losse repen gesneden en opgeplakt, over de Letters A-E, K-O en U-Z.
Ontwerp van eene Verhandeling over de taal-richtigheid der Nederl. Dordsche Bijbelvertaling, voor Minima crescunt, 1762. 5 bl. 4o.
Aanmerkingen op de Dichtlievende Verlustingen van B. de Bosch, met bijv. van de Bosch zelven, 28 bl. 4o.
Uittreksel eener Redev. van H.G. Oosterdijk over P.C. Hooft, als Hervormer der Ned. Taal (betreffende den oudsten toestand onzer Taal, derzelver daarop gevolgde verbastering door vreemden invloed en gedeeltelijke herstelling in haren oorspronkelijken zuiverheid door toedoen vooral van Hooft en Vondel.)
Over L. ten Kate Hz., volgens C. Ploos van Amstel, Voorrede voor den Cat. der Schilderijen, Teekeningen en Prenten van Ant. Rutgers Antz. Amst. 1778. 3 bl. fol.
Kilianus auctus, seu Dictionarium Teutonico-Latino-Gallicum, etc., doorschoten en met eigenhandige Aanteekeningen, langw. 4o.
J. van Vondel, Palamedes, Amst. 1652, met papier doorschoten en vele eigenhandige Aanteekeningen van Z.H. Alewijn en F. van Lelyveld, 4o. Gemeenschappelijk ter uitgave bewerkt door de leden van het Genootschap Minima crescunt, volgens de geschrevene Hand. der 61 en 62 Zitting, 13 Febr. en 15 Mei 1761.
Eigenhandige brief en mededeelingen van verschillenden, meest taalkundigen aard aan F. van Lelyveld, door Z.H. Alewijn, voor de uitgave van Huydecopers Proeve en ten deele daarin gebruikt, 4o. 10 bl.
Zie J. de Kruyff, Slot der voorrede van het 7o deel der Werk. van de Maatsch. van Ned. Letterk. in 1788, nadat in hare bijzondere handelingen, alleen voor de leden gedrukt, reeds kort voor zijn verscheiden hem eene vereerende hulde was toegebragt; A. Ypey, Gesch. der Ned. Tale, D. I. bl. 547; M. Siegenbeeh, Gesch. der Ned. Lett. bl. 325, 327; van Kampen, Gesch. der Ned. Lett. en Wetensch. Collot d'Eccury, Holl. Roem; Schotel, Comment. de merit. B. Huydecoperi; v.d. Aa, Biogr. Woord. o.h.w. Huydecoper, Cat. der Maatsch. van Ned. Lett. D. I. bl. 61, 64, 67, 70, 82, 90, 93, 149.