deren, benevens zijn zoon Petrus, beriepen zich op de synode van Zeeland, in 1618 te Zierikzee, op welke zij wel verschenen, maar verklaarden, dat zij de zaak wilden brengen op de Nationale syncde te Dordrecht, 'tgeen echter niet is geschied.
Lansbergen gaf zich te Middelburg meest over aan de wis-, sterre- en geneeskunde, welke laatste hij aldaar, gelijk voorheen te Goes, zal hebben uitgeoefend. Hij had het genoegen dat de staten van Zeeland hem met een jaarlijksch traktement begiftigden, waarschijnlijk tot verzachting van de uitspraak over hem gedaan, die niet gevoegelijk scheen wederroepen of vernietigd te kunnen worden. Voor den aanvang van den twist te Goes, was hij in groote achting bij de aanzienlijkste staatsleden van Zeeland en bij de regering te Goes, die, op verzoek des kerkeraads aldaar om een derden predikant, zijn zoon Petrus tot zijn ambtgenoot benoemde, die te gelijk met hem in 1613 van zijne dienst werd ontslagen. De graaf van Solms, krijgsbevelhebber te Hulst, had zoo veel achting voor hem dat hij brieven schreef, om aldaar te hebben tot Minister, ‘Philippum Lansbergium’ aan de staten van Zeeland; maar deze verzochten daartoe iemand van de leeraren te Middelburg, ‘tot dat er een gedurige Minister te Hulst zoude beroepen zijn.’ De kerkelijken hielden 's mans geleerdheid en bekwaamheid in groote waarde. Hij werd verkozen tot praeses op de synode te Goes in 1597, en afgezonden als assessor op die van Veere in 1610. Zijn portret is zeer fraai door ........ gesneden.
Behalve de gemelde schriften vervaardigde hij nog:
Chronologiae Sacrae libri sex, in quibus annorum mundi series, ab orbe condito, ad eversa per Romanos Hierosolyma, novâ methodo ostenditur, Amst. 1624. 4o. Midd. 1645. 4o.
Cyclometriae novae libri duo, Middelb. 1616. 1628. 4o.
Astrolabium d.i. Verklaringhe van de platte sphaere van Ptolomaeus, Middelb. 1633. 4o. fig.
Progymnasmatum Astronomiae restitutae liber primus de motu Solis, Middelb. 1629. 4o.
Uranometriae libri tres, in quibus lunae, solis et reliquorum planetarum et inerrantium stellarum distantiae a terra et magnitudines hactenus ignotae perspicue demonstrantur, Middelb. 1631. 4o.
Triangulorum Geometricorum libri quatuor, Midd. 1631. 4o.
Introductio in Quadrantem, tum Astronomicum, tum Geometricum: nec non in Astrolabium, Middelb. 1633. fol., door Goubard in het Fransch en door Joh. Franz. Sil in het Hollandsch vertaald. (Verklaeringhe van het gebruyck des Quadrants, oversien door D. Goubard, ald. 1666. Ibid. 1650. 4o.
Later verscheen er eene overzetting van M. van Nispen met den titel Philippi Lansbergii, Astronomisch en Geometrisch Quadrant. Mitsgaders deszelfs onderwys, enz. Dordr. 1685. 4o.