[Arnoldus Landreben]
LANDREBEN (Arnoldus) was proponent toen den 14 October 1679 zijne beroeping tot predikant te Woudsend en Ypekolaga werd geapprobeerd, vertrok in 1681 naar Roordahuizum, in 1685 naar Dronrijp, was in 1689 deputatus en in 1695 praeses synodi te Dockum, in 1696 predikant te Franeker en in 1707 praeses der Synode aldaar. Hij overleed den 1sten Dec. 1721. Hij liet ééne dochter na, verwekt bij Johanna Stansius, dochter van Jacobus, laatst predikant te Pingjum. Zijn portret is ovaal 4o. met omschrift: Arnoldus Landreben, dum viveret Ecclesiastes Franequeranus door W. Jongman naar H. de Valck. Hij schreef, behalve een vraagboekje met Saagmans.
Over de Brieven aan de Thessalonicensen met toegift van Paulus bekeering, Amst. 1742. 2 d. 4o. de 1e druk bij Leonard Strik, 1701; de 2e bij Willem van Poolsum, 1713, en toen de toegift er bij gevoegd.
Over de Philippensen, Rott. 1746. 4o.