d.i.
Lampsonius, wien elk verdienden lof moet geven,
Liet t' eener uur en jaar met Sint Alexis 't leven.
Zijne afbeelding vindt men bij van Mander, Levens der Schilders, in 8o. D. I. bl. 299, pl. L, No. 3, naar eene fraaije gravure, niet beteekend. Hij werd door Lambert Lombardus van Luik, wiens leven hij beschreven heeft, in de schilderkunst onderwezen.
Volgens Nagler berustte er bij den deken Veith te Schafhausen, de afbeelding van P. Breughel, ten halve lijve met langen baard en een baret op, in rood en zwart krijt, door Lampsonius geteekend.
Ook beoefende Lampsonius de Latijnsche poëzy, en volgens Bonaventura Vulcanius, Peerlkamp en Hoeufft niet ongelukkig. Hij was in briefwisseling met beroemde mannen, zoo als met Tiziano Vecelli, Douza, Gruterus, Bauhusius en anderen. Douza en Bauhusius en anderen hebben ter zijner eere gezongen.
Hij schreef:
Lamberti Lombardi apud Eburones pictoris celeberrimi vita, Brugis Flandr. Hub. Goltzius, 1565 in 8o.; een werk reeds in 1604 zoo zeldzaam, dat Karel van Mander zich beklaagde, het niet te hebben kunnen bekomen, om voor zijn werk te gebruiken: ook Sandrart hief later de zelfde klagten aan. Thans zijn er 2 exemplaren van in de koninklijke bibliotheek te Brussel.
Hij vervaardigde Latijnsche eereverzen, onder eene reeks van beroemde kunstenaars, door Jeronimus Cock, graveur en kunsthandelaar te Antwerpen, in het koper gesneden, en onder dezen titel uitgegeven.
Pictorum aliquot celebrium Germaniae inferioris effigies, una cum doctis. Dom. Lampsonii hujus artis peritissimi elogiis. Antv. sub intersigno quatuor ventorum, 1572. kl. fol.
Er is, volgens Kramm, nog ten zijnen tijde eene tweede en vermeerderde uitgave verschenen, met dezelfde platen van de eerste, waaronder er zijn door Wierix gesneden, zoo als het portret van Hubert van Eijk, doch men mist er dat van Lampsonius zelven in, dat in de eerste voorkomt.
In 1618 verscheen bij Joh. Janssonius een derde uitgaaf in kl. fol. met dezen titel:
Theatrum honoris, in quo nostri Apelles saeculi, seu Pictorum, qui patrum nostrorum memoria vixerunt celebriorum, praecipue quos Belgium tulit, verae et ad vivum expressae imagines in aes incisae exhibentur.
Deze bestaat uit 68 portretten. Zij zijn allen gekopieerd door Hendrik Hondius de Oude,