[Marcilius van Ingen]
INGEN (Marcilius van), waarschijnlijk alzoo genaamd naar het dorp Ingen in Gelderland, waar hij geboren werd, verkreeg te Parijs den graad van doctor in de godgeleerdheid, werd eerst kanonik en schatmeester van de St. Andrieskerk te Keulen, en daarna stichter en hoogleeraar der hoogeschool te Heidelberg. Hij stierf aldaar den 20sten Augustus 1394 of 1396, en maakte zich, behalve door zijn boetvaardig leven, ook bekend als geleerde door zijn werk, getiteld:
Commentaria in quatuor libros sententiarum, Argentor. 1501.
Zie Marsilii ab Inghen, Memoria, oratione atque epigrammatibus quam plurimis celebrata, (Heidelb. 1499. 4o.); Foppens, Bibl. Belg. p. 846; Hoogstraten, Woordenb. D. VII. bl. 120; (van Heussen en van Rhijn) Hist. van 't Utr. Bisdom, D. I. bl. 568.