Biographisch woordenboek der Nederlanden. Deel 8. Eerste stuk
(1867)–A.J. van der Aa– Auteursrechtvrij
[pagina 762]
| |
secretaris bij het Hof van Financie en adjunct secretaris der Staten van Utrecht. Hij maakte zich, zoo door de getrouwe vervulling van zijn ambt als door zijnen ijver om den geest van vaderlandsliefde ter bevordering van algemeene welvaart op te wekken, verdienstelijk. In 1771 behaalde hij den gouden eereprijs bij de Maatschappij te Haarlem, voor de beste verhandeling omtrent de meest geschikte middelen ter verbetering van handel- en fabriekwezen. Deze verhandeling had de oprigting der Oekonomischen taks ten gevolge. Hij was directeur der Hollandsche maatschappij van wetenschappen te Haarlem. Hij schreef: Verhandeling over de Industrie, Utrecht, 1780, 2 d. 8o. Verhandeling over het ondersteunen van de gemeene Industrie in Spanje, uit het Spaansch van den P.R. Campomanes, met eene Verhandeling van H.H. van den Heuvel, Utrecht, 1780. Ook schreef hij eene voorrede, voor: Prijzen door de Maatsch ter bevordering van Kunsten, Handwerken en Koophandel te Londen aangeboden, uit het Eng. vertaald. Utrecht, 1777, 8o. Het is ons onbekend of zijne nagelatene schriften het licht zien. Van den Heuvel overleed den 25 October 1785.
Zie Scheltema, Staatk. Nederl, D. I. bl. 458. Bibl. Hultherus, No. 4945, 9018, 19, 18345, 46, 300068. |
|