‘En hy, die bitter staat te zuchten
Bij 't swarte vaandel, stijf van bloed,
Is voor den Briel het meest te duchten
En meer dan tijger als hij woedt.’
omdat de geschiedenis van dergelijke wraakoefeningen niet spreekt. De moord aan de Gorcumsche geestelijken gepleegd was zeer wreed, doch van verbranden lezen wij niets en Herlin wordt er niet bij genoemd.
Zie Bor, Ned. Oorl.; Martelaarsboek. Dordrecht bij Savany, 1657, fol. 436; O.Z. van Haren, de Geuzen, (Uitg. van Bilderdijk) 8e Zang, D. I. bl 18 en D. II bl. 50; van Groningen, Geschied. der Watergeuzen. bl. 247, 457: Chron. van het Hist. Genootsch, D. VIII. bl. 29, 30; Brandt, Hist. der Reform., D. I. bl. 447.