[Hendrik]
HENDRIK van 's Hertogenbosch of Sylvaeducensis en Paulus van Nimwegen, pastoors te Köldingen, met welke de Gereformeerden in een ‘christelijck gespreck’ wenschten te treden, waarop zij antwoordden: ‘dat zulks niet noodig was, dewijl noch de koning, noch zij zelve aan de leere, die in Denemarken geleerd werd, in 't minst niet twijfelden.’
Zie Utenhovii, Narratio, p. 48, 49, 87; Brandt, Hist. der Ref., D. II. bl. 318.