en dertig veelal onrustvolle jaren in de dienst der kerk te hebben doorgebragt.
Heidanus was voorzeker een der merkwaardigste personen op het kerkelijk gebied der zestiende eeuw. Om zijne vergevorderde bijbel-kennis, godvruchtigheid, naarstigheid in de dienst, voorzigtig beleid, schranderheid en zelfstandigheid was hij bij allerlei personen van welken rang of stand ook gezien en geëerd. Bij de kerkeraden van Antwerpen en Middelburg en bij de synoden der Nederlandsche kerken stond hij niet alleen in hooge achting, maar hij genoot die ook van den keurvorst van den Paltz en deszelfs zonen, van prins Willem I, den heer van St. Aldegonde en andere groote mannen van zijnen tijd. De zorgen der tijden die hij beleefde, de zwaarwigtigheid van zijn dienst en gedurige plaatsveranderingen, hebben hem niet toegelaten schriften van grooten omvang uit te geven, maar dat verlies is rijkelijk vergoed door kleine schriften, die in nuttigheid vele groote overtreffen. Want ofschoon hij niet de schrijver of opsteller is der zoo beroemde ziekentroost, welke gemeenlijk achter onze bijbels gevonden wordt, nogtans verdient hij allen lof door zijnen arbeid aan den Heidelbergschen Catechismus, welks vertaling hij niet alleen nazag en verbeterde, maar er ook de bewijsplaatsen uit den bijbel bijvoegde. Zij kwam uit onder den volgenden titel:
De Psalmen Davids door Philip van Marnix, Heer van Aldegonde, Antwerpen 1580, midtsgaders de Catechismus, Ceremonien enz., overzien door Gasparus van der Heiden. Eerste druk voor de Gereformeerde Gemeente te Antwerpen en onder 't Kruis, met privilegie van den Koning van Spanje enz., 8o.
De Catechismus en de daarbij gevoegde ceremonien en gebeden werden in 1580 te Antwerpen herdrukt, terwijl de Staten van Holland nog in het zelfde jaar aan Andries Verschout te Leiden een octrooi van vijf jaren voor de uitgave van dien arbeid van van der Heiden verleenden.
Een ander boekje van Heidanus wordt vermeld onder dezen titel:
Christelijke Confessie van Frederik de derde, Paltzgraven bij den Rhijn, den 26 October 1576 daarop in den Heer ontslapen, overgezet door Casparus Heidanus, Dordr. 1577.
Heidanus behoorde tot de voornaamste schrijvers tegen de Doopsgezinden, en als zoodanig, zegt men, toonde hij zich onverdraagzaam. Hij zette niet alleen het protocol van de onderhandeling met de Doopsgezinden te Frankenthal, ten jare 1571 over en deed hetzelve het licht zien,