Biographisch woordenboek der Nederlanden. Deel 7
(1862)–A.J. van der Aa– Auteursrechtvrij
[pagina 526]
| |
zijne 8 kwartieren er op uitgehouwen, begraven, liet een belangrijk handschrift na, van hetwelk Te Water en Kluit deze bij de bewerking van zijne Historia Critica Comitatus Hollandiae et Zelandiae, gene van zijn Hoogadelijk en Adelijk Zeeland heeft gebruik gemaakt. Het voert tot titel: 't Graafschap van Zeeland, of te corte representatie van de Regering van Zeeland onder haere Graeven tot den jaere 1579, behelzende zeer omstandig den staet en recht van de Ridderschap en Edelen van Seelant.
Zie Te Water, t.a.p. Voorrede bl. 17 volgg.; Smallengange, Chronijk van Zeeland bl. 475; Van Leeuwen, Batavia Illustrata p. 1198; Van Kampen, Beknopte Geschiedenis der Letteren en Wetenschappen D. III bl. 75. |
|