[Jacob de Groot]
GROOT (Jacob de), geboren in 1696, werd, na zijne bevordering tot Proponent, in 1722 beroepen te Naaldwijk, vertrok van daar in 1728 naar Purmerend, en in 1738 naar Utrecht, waar hij den 10den Augustus 1750 overleed. Zijn afbeelding ziet het licht even als eene gedenkpenning bij zijnen dood geslagen. Hij was in zijnen tijd een zeer geacht en bemind predikant, die ook in ruimeren kring nuttig was door de zamenstelling der twee volgende werken:
Verzameling van leerredenen over verschillende wigtige stoffen der H. Schriftuur, 2de druk. Utr. 1758. 8o.
Verklaring van het XXVI Hoofdstuk van de Profeet Jesaia, door den Wel-Eerwaarden zeer geleerden en nu zaligen Heer Jacobus de Groot, met een aanprijzende en dat capittel verder ophelderende voorrede van Carolus Segaar Predikant te Utrecht, Utr. 1763. 8o.
Zie Boekz. der gel. wereld op genvemde jaren; Ferwerda, Naaml. van Boek. D. I. St. II. bl. 149; Vervolg op van Loon, Beschrijv. der Ned. Histor. penn. No. 295; Muller, Cat. van Portrett.