[Pieter de Goyer]
GOYER (Pieter de) was Opperkoopman te Batavia, en werd in Junij 1655 met Jacob de Keizer, namens de Oost-Indische Compagnie, in gezantschap naar den Keizer van China gezonden. Met een gevolg van veertien personen en aanzienlijke geschenken, meestal fabriekgoederen in Europa vervaardigd, trokken zij van Batavia derwaarts, met last om een vast verbond te sluiten en door het geheele Chineesche gebied eenen vrijen koophandel voor de Hollanders te bedingen en vast te stellen. Ten einde dat doel te bereiken werden er geene kosten ontzien; maar ofschoon vriendelijk en feestelijk ontvangen, slaagden zij geenszins naar wensch, daar de eenige handelsvrijheid hun toegestaan uiterst beperkt was; slechts eenmaal om de acht jaren zou men een schip met goederen naar China mogen zenden en slechts met honderd koppen bemannen. Na eene afwezigheid van ruim twintig maanden kwamen de gezanten te Batavia weder, hunne reis had met de geschenken mede weinig minder dan honderdduizend gulden gekost. Alleen voor de aardrijks- en volkenkunde leverde de ondernomen reis belangrijke resultaten op, daar de vermaarde Joan Nieuhof, die wij later zullen leeren kennen, de gezanten als Hofmeester diende en hetgeen hij zag en hoorde beschreef.
Zie Nederl. Reiz. D. XI. bl. 52-95; van Kampen, Geschied. der Nederl. buiten Europa, D. II. bl. 115-121.