[Anthonie Goeteeris]
GOETEERIS (Anthonie) schreef:
Journael der Legatie ghedaen in de jaren 1615 en de 1616 bij Heer Reynhout van Brederode, Dirck Bas ende Albert Joachimi, bij de Staten Generael afghesonden aen de Coninghen van Sweden ende Denemercken; mitsgaders aen den Groot-Vorst van Moscovien, Keyser van Ruschlandt. Ende namentlick op den Vredenhandel tusschen den Coningh van Sweden ter eenre, ende den Groot-Vorst van Moscovien ter anderer sijden: enz. verciert met copere figueren, 's Hage 1619. langw. 4o.
Goeteeris noemt zich in zijn geschrift Penningmeester en Dispenciër der Ghesanten in hunne reyse. Gulielmus Baudartius heeft dit journaal ook gekend en een uittreksel daarvan opgenomen in zijne Memoryen ofte cort verhael der Gedenckwaerdigste Geschiedenissen 8ste boek, bl. 101-110; terwijl naar aanleiding van dat geschrift de Heer Mr. Hugo Beyerman, in de Vaderlandsche Letteroefeningen voor 1844 No 10, mededeelde eenige Bijzonderheden rakende een gezantschap door onze Republiek in 1615 naar het Noorden afgevaardigd, ter bemiddeling van den vrede tusschen Zweden en Rusland.
Zie van Harderwijk in den Zeeuwschen Volks-Alm. 1846. bl 26; Catal. van de Bibl. der Maatsch. van Ned. letterk. te Leid. D. II. bl. 574, 575; Muller, Cat van Boek. over Ned. geschied. bl. 33.