te verlaten, om tot dat der Remonstranten over te gaan. Den 5den Mei 1795 had hij een onderhoud, over zijne godsdienstige beginselen, met het collegie van Hoogleeraren en Curatoren, ten gevolge waarvan hij zijne bediening te Kampen nederlegde en in Junij tot predikant bij de Broederschap werd aangenomen, met toelegging van een tractement van 500 gulden, zoolang hij nog geene vaste standplaats verkregen zou hebben.
Den 3den Februarij 1796 werd hij door de Rotterdamsche gemeente beroepen, alwaar hij werkzaam bleef tot den 13den Januarij 1820. Toen verkreeg hij zijn emeritaat, om door A. des Amorie van der Hoeven opgevolgd te worden. Goede vertrok naar Kampen, en overleed er den 14den Februarij 1839, nalatende zijne weduwe, Susanna Maria Hulleman, en twee kinderen.
Wij bezitten van hem de volgende werken:
Godsdienstig magazijn voor predikanten, Katechizeermeesters enz. Rott. 1797. 8o.
De kinderen aan hunne zwakke zijde, of tafereelen van kinderlijke ondengden en gebreken, Leid. 1805. 8o.
Een voorspellende droom, Amst. 1808. 8o.
Galerij van merkwaardige menschen en menschelijke lotgevallen, Dordr. 1813. 8o. 2de druk, ten gebruiken voor de jeugd ingerigt, door L. van den Bor, Amst. 1835. 8o.
Schoolonderwijs over de gezondheid van den mensch en derzelver bewaring, Zuphen 1813. 8o. 2de druk ald. 1834. 8o.
De onzigtbare, of de goddelijke voorzienigheid werkzaam in de lotgevallen der menschen, Amst. 1815. 8o. 3 deelen met plat.
Magazijn van en voor lijdenden en rampspoedigen, of bijdragen ter hunner onderrigting, bemoediging, hulp en troost, Gron, 1817. 8o. 2 deelen.
Nieuwe Katechismus der natuurlijke geschiedenis, Zutph. 1817. 8o. 4 deelen met gekl. platen.
Korte schets eener Christelijke geloofsbelijdenis, Rott. 1818. 8o.
Manier van katechiseren, door hem zelven beschreven en met een aantal uitgewerkte catechisatien verrijkt, Arnh. 1829. 8o.
Bloemen en vruchten, geplukt in den grooten tuin der gesc hiedenis, Amst. 8o.
Nuttig en aangenaam allerlei, Kampen, 1839. 8o.
Keur van Mengelingen ter bevordering van wijsheid, deugd en godsdienst, Gorichem, 1839. 8o.
Bovendien bragt hij een aantal goede buitenlandsche werken in onze taal over.
Zie Algem. Konst- en Letterb. 1839. D. I. bl. 114; de Jong, Naaml. van Boek. en Supplem.; Tideman, de Remonstr. Broedersch. bl. 56, 310; Brinkman, Naaml. van Boek.