[Filips van der Ghiesen]
GHIESEN (Filips van der), Heer van Schotervlieland. Nadat men, in het jaar 1749, den Prins van Oranje, Willem IV, het Opper-Directeur-en Gouverneurschap der Oost- en West-Indische Maatschappijen had opgedragen, eene waardigheid nimmer te voren door eenigen Stadhouder bekleed, werden, in de maand Junij van dat zelfde jaar, Filips van der Ghiesen en Josua van der Poorten, door den Prins, als zijne representanten, bij de Oost-Indische Maatschappij ter kamer van Amsterdam, aangesteld en op eene plegtige wijze ingehuldigd. Van der Ghiesen was hoofdparticipiant van gemelde Maatschappij, alsmede Directeur van de kolonie Berbice, en sedert 1717 Regent van het Burger-Weeshuis. Alle deze posten zijn door hem met lof bekleed, tot aan zijnen dood, die voorviel op den 1sten Februarij 1757.
Zie Wagenaar, Vaderl. Hist. D. XX. bl. 334; Kok, Vad. Woordenb.