te helpen bestrijden. Gedurende den strijd in den Sont werd zijn schip deerlijk geteisterd, en was hij een der eersten die gedwongen werden te wijken. Hij was in het wetenschappelijke niet onbedreven, en had eene kaart van den Botnischen zeeboezem gemaakt, welker uitgave echter de Zweedsche regering niet veroorloofde.
Zie de Geer van Jutfaas, Lodewijk de Geer van Finspong en Leufsta, 3de uitgave, bl 33, 96; Collot d'Escury, Holl. roem, D. II. Aant. bl. 294, de Jonge, Geschied. van het Ned. Zeewez. D. II. St. I. bl. 254, 255.