[Georgius Freilingius]
FREILINGIUS (Georgius), geboren te Osnabruk, werd eerst Predikant te Geldermalsem, in 1599 te Naarden en aldaar in 1610 ontslagen. In 1611 koos hem de gemeente te Aalsmeer, waar hij in 1626 overleed. Hij schreef:
Korte 't zamensprekinghe, tusschen twee Persoonen. In forme van Vraghen ende Antwoorden, ter eeren der E.E. Magistraten ende Regeerders des Volcks: Ten tweedden, van den onderzaten, ende haren schuldighen plicht tot de Overheden, Rott. 1612.
Zie de Jongh, Naaml. der Pred. van de Geld. Synode, bl. 304; Bibl. van Pamft. bl. 133.