[Edo van Eysinga]
EYSINGA (Edo van), oudste zoon van den voorgaande, komt reeds in 1627 en 1629 als lid van de Staten van Friesland voor. Waarschijnlijk was hij het, die opgegeven wordt als leidende met Sjuck van Burmania het derde paard bij de lijkstatie van Graaf Willem Lodewijk van Nassau. Hij werd den 14den November 1634 Grietman van Leeuwarderadeel, van welke betrekking hij in 1635 reeds afstand deed. Hij woonde te Wirdum, overleed den 30sten December 1636, en was gehuwd met Catharina van Eysinga, dochter van Julius van Eysinga, voornoemd, en Rintje Gratinga. Zij verwekten vijf kinderen, waarvan een zoon volgt.
Zie van Sminia, Nieuwe Naaml. van Grietmann. bl. 29, 30.