[Caspar van Eusum]
EUSUM (Caspar van), zoon van den voorgaande, werd na zijn's vaders dood Heer van Nijenoord, en leende mede zijn arm tot bevrijding des vaderlands. Hij nam in 1592 deel aan de belegering van Steenwijk, onder Graaf Willem Lodewijk, en verwierf zich onsterfelijken roem door de verdediging van Koevorden, welke vesting door Verdugo van September 1593 tot April 1594, toen zij door Maurits ontzet werd, werd ingesloten. Terwijl aan den eenen kant de belegerden den vijand door gedurige uitvallen verontrustten, liet deze geene middelen onbeproefd om van Eusum door bedreigingen en beloften in zijne trouw te doen wankelen. Honderd duizend gulden, groote eere en het Overste-Luitenantschap werden hem door Verdugo aangeboden, indien hij de vesting wilde overgeven; maar van Eusum gaf ten antwoord ‘dat hij sijn eere en de reputatie liever hadde, dan hij om gelts wille een verrader van sijn vaderland wilde worden.’ Hij had dan ook de eer om Prins Maurits binnen de door hem zoo dapper verdedigde vesting te ontvangen, en daardoor hem in de gelegenheid te stellen het beleg voor Groningen te slaan.
Andere krijgsbedrijven van van Eusum zijn niet vermeld; wij ontmoeten hem nog eens in 1600, toen hij als Gouverneur met achthonderd man de opgerigte sterkte bij Groningen bezet hield. Hij was daarna nog vier en twintig jaren Gouverneur van Drenthe, en overleed in 1639. Hij was in 1600 gehuwd