[Bonaventura Elsevier]
ELSEVIER (Bonaventura), vroeger verkeerdelijk voor een zoon van Mathys gehouden, thans zeker een zoon, en wel de zesde, van Lodewijk Elsevier en Mayke Duverdyn. Hij werd te Leiden in 1583 geboren, en Bonaventura Vulcanius, Hoogleeraar aldaar, was zijn peet. Reeds in 1601 was hij boekverkooper, deed in 1606 eene reis door Italië, kwam in 1608 te Parijs en was in het volgende jaar lid van de Fransche gemeente te Leiden, waarvan hij sedert 1626 tot aan zijnen dood het ouderlingschap bekleedde, en daarbij de betrekking van commissaris van huwelijks zaken waarnam. Hij was in 1625 te Leiden gehuwd met Sara van Ceulen, dochter van Daniel van Ceulen of Colonius, Predikant en Regent van het Waalsche Collegie aldaar. Hij won bij haar tien kinderen, en daaronder vier zonen, Daniel, Pieter, Bonaventura en Willem. Hij stierf den 17den September 1652 en werd in de St. Pieterskerk te Leiden op den 21sten daar aanvolgende begraven, terwijl zijne vrouw reeds in 1647 overleden was en in dat jaar den 16den Maart werd ter aarde besteld.
Op het artikel van zijnen broeder Matthys hebben wij het reeds vermeld, dat zijne compagnieschap met dezen in 1626 ontbonden werd. Met diens zoon, Abraham, ging hij den 3den September van dat jaar eene nieuwe vennootschap aan en werd ook toen met dezen, door Curatoren der Leidsche Hoogeschool, tot Academiedrukker aangesteld. Gedurende achtentwintig jaren hebben bonaventura en Abraham Elsevier binnen Leiden boeken gedrukt, die den grondslag gelegd hebben tot den roem der familie. Ongetwijfeld verdienen de werken door hen gedrukt, om hunne schoone typographische uitvoering, de meeste lof. Reeds bij het begin van hunnen handel verkregen zij van de Staten van Holland een privilegie tot het drukken en uitgeven van hunne Respublicae variae, en die belangrijke collectie was als het ware de voorlooper van de meesterstukken welke zij later hebben voortgebragt, en waar omtrent in de door ons aangehaalde bronnen uitvoerige berigten te vinden zijn. Ongelooflijk was hunne vlijt en werkzaamheid, want gedurende den tijd hunner vereeniging hebben zij alleen meer werken in het licht gegeven, dan de andere drukkers van dien naam allen te zamen. Zij hadden, even als Isaäk Elsevier, tot zinnebeeld