vond Elias nog gelegenheid om met den Vice-Admiraal en Kapitein Wittenhorst het Algerijnsche schip, het witte paard, van 50 stukken, bij de reede van Laroche, zoodanig te beschieten, dat het, na het ontvangen van eenige grondschoten en verlies van ettelijke dooden en gekwetsten, op een bank werd gezet en aan stukken sloeg.
Zie de Jonge, Geschied. van het Zeewez., D. V. bl. 43-51.