[Albrecht van Egmond]
EGMOND (Albrecht van), 10de Heer van Egmond, zoon van den voorgaande, was een kloek oorlogsman, en verdreef met zijn broeder Dodo de West-Friezen driemaal het land uit, waarvoor hij door Graaf Floris tot Stadhouder van Holland werd aangesteld. Hij was de eerste die met den abt van Egmond over het Advokaatschap der Abdij in twist geraakte, welken ten zijnen nadeele door den Graaf beslist werd. Hij werd den 20sten Januarij 1168 in zijne vervolging der West-Friezen gestuit, door dat het ijs brak waarop hij bij Schagen te paard kwam rijden, met eenige andere edelen des lands, die even als hij door de West-Friezen, die zich verborgen hadden, werden omgebragt. Hij werd te Egmond begraven en was gehuwd met Antonia, dochter van den Graaf van Henegouwen, bij wie hij een zoon, Wouter, verwekte, die verder volgt.
Zie Ant. Hovaeus, Chron. van Egmondt, bl. 38-40; van Leeuwen, Bat. Illustr. bl. 947; (van Heussen en van Rijn), Oudh. en Gesticht. van Kennemerl. D. I. bl. 505.