Biographisch woordenboek der Nederlanden.
E.
[A. van der Eb]
EB (a. van der), geboren te Rotterdam in 1813. Na het doorlopen van de mindere rangen tot kolonel bevorderd zijnde, werd hij benoemd tot Gouverneur der Nederlandsche bezittingen ter kust van Guinea, waar hij sedert 1831 in verschillende betrekkingen werkzaam was. In 1846 begaf hij zich met verlof naar het vaderland, en vertrok in het volgende jaar, met eene naar hem genoemde schoenerbrik, weder naar de plaats zijner bestemming. Hij kwam den 9den Julij 1847 te St. George del Mina aan, en bleef er tot aan zijn dood, die in 1852 plaats had. Gedurende dertien jaren had hij de belangen van het vaderland trouw en ijverig behartigd, genoot aller achting en vertrouwen, en verdiende met regt de onderscheiding die hem te beurt viel door zijne benoeming tot kommandeur der orde van de Eikenkroon. De heer J. van der Eb, waarschijnlijk een zijner bloedverwanten, was in 1852 Resident van Bangka.
Zie Teenstra, Ned. overz. bezitt. bl. 406, 735, 755; Kobus en de Rivecourt, Biogr. Woordenb.