[Johannes van der Does]
DOES (Johannes van der), geboren te Delft, werd den 17den April 1668 aan de Harderwijksche Hoogeschool bevorderd tot doctor in de wijsbegeerte, en werd den 13den December 1669 tot Lector in de Regten aan de Leidsche Hoogeschool benoemd. Tien jaren lang had hij zich op eene uitstekende wijze van dien post gekweten, en eenstemmig waren de berigten over zijne geleerdheid en verdiensten, toen hij, om onbekende redenen, zijn ontslag genomen had; doch den 8sten December 1679 aangesteld werd tot gewonen, weldra tot eersten Hoogleeraar der Regten aan de Harderwijker Academie. Na een verblijf van ongeveer anderhalf jaar aldaar vertrok hij naar Gouda, waar de Regering hem den post van Raad en Pensionaris- aanbood. Hij vertrok den 6den October 1681 derwaarts, en na in de genoemde betrekking onderscheidene regeringsposten bekleed te hebben, overleed hij er den 3den April 1704.
Zie Soormans, Acad. Regist. bl. 96, 97; Siegenbeek, Geschied. der Leidsche Hoogesch. D. II. Toev. en Bijl. bl. 272; Bouman, Geschied. der Geldersch. Hoogesch. D. I. bl. 232-234.