van Anhalt en vervolgens naar Hongarije, en woonde in 1597 de belegeringen van Offen en Rees bij. Hij trad hierop in Nederlandsche dienst en vergezelde gedurende tien jaren Prins Maurits op zijne overwinningen. Naderhand trad hij in dienst van den Keurvorst van Brandenburg, en nadat hij in het jaar 1610 Gulik had helpen innemen, ging hij met graaf Bernard van Wittgenstein naar Frankrijk, tot hulp van den prins van Condé. Hij sloeg in 1615 de koninklijke troepen, nam, na den dood van graaf Bernard, het bevel over de Duitsche benden op zich en bragt die na den gesloten vrede terug, waarop hij zich in dienst van Frederik V, Keurvorst van Brandenburg, begaf. Hij overleed den 21sten October 1620 aan de gevolgen van eene wonde, welke hij in een gevecht bij Rakkowitz, in de Lausitz, bekomen had.
Zie Hoogstraten, Woordenb.; Biograph. Univ. T. VI. p. 270.