[Adriaan de Bailloeul]
BAILLOEUL (Adriaan de), de jongste zoon van François, Heer van Bailloeul en St. Martin en van Aleid van Culenborg, dochter van Gaspard, Heer van Culenborg, was waarschijnlijk eene der Teekenaars van het verbond der Edelen, althans dit is zeker, dat hij bij den aanvang der onlusten in het jaar 1576 terstond de zijde der Algemeene Staten koos, en met den titel van Kolonel aan het hoofd van eene bende van ordonnantie geplaatst werd. In het jaar 1577 was hij een der Teekenaars van de Unie van Brussel, en op het laatst van dat jaar werd hij tot Lid van den Raad van Oorlog benoemd. In de beroerten, welke in het jaar 1578 tusschen de Hervormden en Roomsch-Katholijken ontstonden, geraakte Bailloeul, die van de zijde der Roomschgezinden was, gevangen, werd uitgewisseld en bleef sedert dien tijd de zijde des Konings houden. Zijne weduwe, Josina van Lannoy, hertrouwde met Philips van Marnix.
Zie Te Water, Verb. der Edelen, St. IV, bl. 427; de Jonge, de Unie van Brussel, bl. 53 en 54.