LXVI bezondere zinnebeelden(ca. 1780)–Anoniem LXVI Bezondere Zinnebeelden– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [Folio C3r] [fol. C3r] ( 19 ) EEn Vogel, als hy is Gevangen, Of, van het Nest af, op-gevoed, Dat hem zyn' Vryheid miszen doed, Mag zig verheugen met zyn' Zangen; Maar! staat de Deur, die hem Besluit, Of raakt maar een der Tralies oopen, Hoe ras is hy daar door gekroopen; Straks vliegd hy om zyn' Vryheid uit. 't Gebonden Leeven is geen Leeven, Al heeft men ryk en ruim Bestaan; 't Hart in zig zelve is niet voldaan; Dat kan alleen de Vryheid geeven. Het Vogeltje agt geen Koy, of Vlugt, Maar mind de ruime en vryë Lugt. Vorige Volgende