[Vervolg Reservaat]
en in ons bewustzijn, die bij anderen open staan voor frivole onzin en echte ontspanning, zijn afgedicht. Bij ons voert de bliksemafleidervan een serieus, kritisch intellect alle speelse krachten recht de bodem in. Ons lichaam slaat al op tilt voor het van buitenaf op spanning wordt gezet. We zijn zo bang dat opkomende vormen van sektarische en occulte waan de inleiding vormen tot nieuwe vormen van mensonterend geweld, dat we ons bij voorbaat al afschermen voor alle frivole on-zin - uit angst dat die waan ook ons zelf zal besmetten. Dit is natuurlijk op zich al een vorm van waanzin - ik zou daaraan willen ontsnappen zonder te weten of dit kan.
Het moet toch mogelijk zijn om een volstrekt frivool vers te schrijven over wel honderd soorten sneeuw, elk met een eigen naam - als een soort hypertrofiëring van de taal der Eskimo's die door hun praktische omgang met de vochtige wereld zo'n tien soorten sneeuw onderscheiden en wij ‘zuiderlingen’ nog geen vier. Omdat in deze postmoderne tijd zovelen aan elke nieuwe particuliere waan ‘waarheid’ toedichten, schuwen wij serieuzen iedere frivoliteit. Dit streven naar een onthullende, ware dialectiek-der-dingen ontnam Adorno het vermogen tot lachen - vooral te lachen om zichzelf. Wanneer hij ooit al zelfspot bedreef, is hiervan weinig te merken in Minima Moralia dat met de moed der wanhoop lijkt te zijn geschreven. Maar wat een prachtboek! Terwijl de auteur al lang is gestorven en terwijl zijn lezer is opgesloten in het onomkeerbare leven dat ons noopt om als intellectuele vlinders steeds weer verwarde gedachten en uitgangspunten te verpoppen - ligt zijn boek in al die frisse bezetenheid voor me, sprankelend van verzet en van goede wil. Mijn tweelingbroer uit 1946 kan als gevolg van die frisse eeuwige jeugd niet, wat ik wel kan - nog weer eens van gedachten veranderen. Minima Moralia blijft dat boek uit 1946, maar ik kan het nog steeds kritisch tegen het licht van een nieuwe, andere wereld aanhouden.
Mijn probleem met Adorno's analyse is dat het Amerika van 1945 niet hetzelfde was als het Duitsland van 1933 of het Duitsland van 1945. Toen ik me in 1973 aan het schrijven zette, was dat nog steeds niet het geval. Daarentegen lijkt het er op dat nu, anno 1994, die gelijkschakeling wel heeft plaatsgevonden of in elk geval bezig is zich te voltrekken - maar dit is een ander soort gelijkschakeling dan die welke Adorno schetste. Eerst geef ik in de volgende paragraaf Adorno's gedachtengang over de moderne tijd kort weer - daarna probeer ik de nieuwe, Adorno onbekende post-moderniteit te schetsen.