Yang. Jaargang 17
(1981)– [tijdschrift] Yang– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 45]
| |
[pagina 46]
| |
Eenzame lezer
eenzame schrijver
alleen dan
is het waar
waar je op uit komt
waar je op in gaat
waar je vandaan bent
hoe je gaan en komen
laat en nalaat
ondergaat doormaakt
medebeleeft ervaart
de zig
zag
zig
zag
quick
quick
slow
bedevaart
als het trillen gaat
als het muziek maakt
als je 't maar weet
wat je weet
(en dát zul je weten)
Ssssssst
ik was het bijna vergeten
geen woord meer tot me te richten
al deelt het zich
met zovelen
te zijn
Niet de tel kwijt
maar de tijd -
de naam die het geeft
aan het leven
dat onderbreekt
en afmaakt,
vragen stelt:
‘moest jij geen mensen
bellen om twee uur?’
alleen in mij
trilt bliksem nog na,
beeft in de thee
en het hout siddert mee
en de trap rolt me af
en het leven leeft
in gestrekte draf
mee
mee
mee
| |
[pagina 47]
| |
In hoeverre is alles waar?
zodra je 't opschrijft
noteert -
is 't voorbij
is 't onwaar
was het
maar
waar
Soms duurt het
moment
eeuwig;
staat tijd
niet alleen
stil,
bestáat
niet...
‘Wat, bestaat niet?
Alles bestaat!’
‘Ook niet
goed
genoeg -
geld terug
of je
leven.’
even
maar geven
En nemen wat
daar is en
waar is,
is.
Is gelijk is.
Rara, rarara
Abracadabra.
Wie niet weg
is, wordt
gezien.
Bliksemschicht
leven.
Simon Vinkenoog
Dit gedicht is ontstaan kort na een hevige onweersbui. Ik stond in mijn kamer, plotseling weerlicht, ik zette me schrap en ging dansen op het ritme van de donder die kort daarna volgde. Ik stond toen zo in lichtelaaie, dat ik het gedicht ging zitten opschrijven, daarna ging ik kotsen. Het gedicht heeft uiteraard meerdere bewerkingen achteraf gekregen, hoewel het in die tegenwoordige tijd is blijven staan.
Simon Vinkenoog |
|