Yang. Jaargang 15(1979)– [tijdschrift] Yang– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 47] [p. 47] Patrick Bernauw En ik die geen vijand wou zijn en ik die geen vijand wou zijn ik van het eeuwige wachten op de trein waarvan ik wist dat hij toch te laat of nooit zou komen ik van het pintje teveel en dan rijden ik van de kleine vreugde het kleine verdriet ik die geen vijand wou zijn maar er één werd omdat anderen de woorden spraken die ik onbewust verzwijgen wou zodat ik dan luid uitriep: jaja dat was het goed gezegd zeg - en mijn vuist balde tegen wat men zei (het veronderstelde gevaar) en in koor joelde met de massa ik die enkel wagen op sleeptouw bleef enkel blinde vink in stalen kooi bij zingend omdat duisternis de enge grenzen verborg en slechts (zwarte) oneindigheid onthulde ik van vrouw-huis-tuin-auto-kind ik van het altijd meeknikken die nooit vijand wou zijn dus slachtoffer werd Vorige Volgende