Westland. Jaargang 2

[p. 193]

Westland
Kultureel-letterkundig Tijdschrift voor Vlaanderen
Tweede Jaargang - Nr. 4 - Februari 1944

Lode Quasters
Miskende neutralisten

Zijn wij te angstig om den dood en om het dreigen
van wie te laf zijn tot het stellen van een daad
en zullen wij dan immer weerloos blijven zwijgen,
geduldig uitzien naar een klaardren dageraad?

Reeds hebben wij de zwaarden één na één ontbonden
en onzen helm begraven in den veilgen grond.
Wij loopen de anderen voorbij als schuwe honden
alsof één met den kogel reeds te wachten stond.

Wij zien niet op en kijken quasi onverschillig
naar gene daken of naar gindschen dooden boom
alsof wij enkel ongeloovig en onwillig
zijn opgenomen in den grauwen levensstroom.

Wij werpen onzen glimlach in de harde dagen
als wapen tegen het geweld dat ons verweekt
en duiken veilig onder in de hooge kragen,
't gelaat te haastig om een bijtend woord verbleekt.

[p. 194]

 

Wij zijn geen mannen die den hamerbonk verdragen

 

noch kerels wien het ruw soldatenplunje past:

 

wij zijn verwende wezens, in de schuimen dagen

 

te schielijk door de grootsche omwenteling verrast.

 

 

 

De roes heeft onze zielen amper aangewreten;

 

wij hebben meegehuild, geschrokken en verblind,

 

maar keerden spoedig weder waar wij suf gezeten

 

steeds hebben om den warmen haard bij vrouw en kind.

 

 

 

Wij zullen liever onzen baard weer laten groeien,

 

Walschap en Zielens lezen bij de avondlamp

 

en kijken gaan wat in de hoven staat te bloeien...

 

te klein voor daden en te laf voor levenskamp.