De vrolyke zang-godin, opheffende veelerhande ernstige en boertige gesangen, kusjes en drink-liederen
(2012)–Anoniem Vrolyke zang-godin, De– Auteursrechtelijk beschermdVeld-sangVois: Stild uw wreedheid God der Minnen, of Ag mijn schoone mijn beminde1.
Laat zig vry gelukkig roemen Ga naar voetnoot+
't Dertele en pragtig hof:
't Lust ons 't geurig veld te roemen, Ga naar voetnoot+
| |
[pagina 121]
| |
Dat ons altoos ryke stof
Schaft tot blijdschap en vermaken,
Daar wy, vrolijk en verheugd,
In elkanders liefden blaken
En besteden onse Jeugd.
2.
't Lust ons by de klare beeken,
Waarde Kloris, onbeschroomd
Van de zoete min te spreken,
Of by 't Jeugdige geboomt
Na het soet gesang te hooren
Van 't gevogelt dat, verblijd,
Elk kan met haar stem bekoren
In de groene lentetijd;
3.
Of te wandelen in 't lommer
Van de telgen, Ga naar voetnoot+ ongeplaagd
Van de nijd en sorg en kommer
Die het hof steeds met sig draagt.
Hier kan ons de nyd niet plagen,
Niemand sal hier onse staat
Door afgunstigheid belagen
Nog vervolgen met sijn haat.
4.
't Lof der schaduwrijke Elsen
Sal ons niet benyden, als
Wy elkanderen omhelsen
| |
[pagina 122]
| |
En ik, om u schoone hals
Vast gestrengeld, uwe lippen
Met de mijne vurig druk,
En het stranden op die klippen Ga naar voetnoot+
Aanmerk als mijn hoog geluk.
5.
Weg met hoofze minnerijen
Vol van snood bedrog en list,
Weg met strelen en met vlijen,
Door de schijn slegts gevernist;
Wy, door suyver vuur gedreven,
Kiesen in het geurig veld
Vry van Nyd en sorg te leven
Die al om het hof verseld.
|