Het vrolyk Keesje in de verdrukking(1789)–Anoniem Vrolyk Keesje in de verdrukking, Het– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina B7v] [p. B7v] Air. Wys: Avec lesyxeur dans les village. ô Edele schaar van Vryheids Vrinden! Die met my steeds haar hulde bied; Die zo veel smart moet ondervinden, Nu gy de Vryheid kluistren ziet, Word haar en ons de macht benomen, Om dwinglandy het hoofd te biên, Dat niet en is, dat kan noch komen, Dat niet geschied, kan noch geschiên. Geen schyn van misdryf kwelt de harten, Geen wroeging drukt ons vry gemoed, Dit is een troost in onze smarten, Die zelf een dwingland derven moet; Wy kunnen ons op t recht beroemen, Hy roemt alleen op zyn geweld, Wy blyven steeds den heerschzucht doemen, Die hier zo wreed de wetten steld. Het spreken word ons wel verboden, Doch 't is maar, daar men Klanten vind, Hier zyn wy vry van zulke snoden; Hier zyn wy allen eensgezind; [pagina B8r] [p. B8r] Hier durven wy hun Braven heten, Die voor 's Lands Recht en Vryheid streed, Ondankbaarheid kan hun vergeten, Erkent'nis deeld in al hun leed. Is om 't niet overig gebleven, Om hun te lonen voor haar vlyt, Haar naam zal in de harten leven; Ons dankbaar hart blyft hun gewyd: Dat hart zal steeds de Vryheid eeren, Dat hart blyft hun op 't dierst verpand, Dit hart zal 't driest geweld braveren, En blyft getrouw voor 't Vaderland. Weest in den druk bedaard myn Vrinden. Draag met geduld 't ondraaglykst lot, 't Geweld, dat steeds 't verraad beminde, Word toch in 't eind door 't recht geknot; Ach mogten wy dien dag zien dagen! Hy koomt,... dit is een zekerheid, Het loon der deugd kan wel vertragen, Maar 't blyft haar egter niet ontzeid. Vorige Volgende