De vrolyke zanggodinnen, of Mengelwerk van vernuft(1781-1782)–Anoniem Vrolyke zanggodinnen, of Mengelwerk van vernuft, De– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 71] [p. 71] 242. Het zuiverend Huis. Jan had splendiet geleefd en daaglyks volk genood: In 't einde ontbrak het hem aan brood; En vrienden had hy niet: hy kon niet meer trakteren. Het was by Jan gedaan, en uit met alle hoop. Wat zou de slokker doen? hy zet zyn huis te koop. Een, die zulks hoorde, zei: dit huis is aan 't vomeren, Omdat het zich in spyze en drank verloopen heeft, Is 't wonder dat het nu zyn' meester overgeeft? Vorige Volgende