De vrolyke muzikant(1810)–Anoniem Vrolyke muzikant, De– Auteursrechtvrij Vorige Volgende Een nieuw lied. Spaart, Meisjes, vry Al uwe Tover-Lonkjes. Ik schouw die Minne Vonkjes, 'k Haat die Slaverny, Een ander kan uw' Vlammen blussen. 'k Zal my voortaan wel wagte u te kusse, Die uit een droog Bed op wil staan, Moet met geen Meisjes omme gaan. 'k Heb eens bemind, Een soo bekoorlyk meisje, Zeer poesel blank van Vleisje, [pagina 35] [p. 35] Maar ik was verblind Waar ik my keerde of heene wende, 't Was sugte, dugte, klaage, sonder ende 'k Liep als een Zots-kap door de Stad, Die sijn verstand verlooren had. Maar nu ter tijd Geef ik om Leonoortje, Hoe schoon sy is geen oortje, 'k Ben die sotheid kwijt; 'k Wil om een meid mijn vrijheid niet verliesen Maar 'k sal voortaan de Roode Baay verkiesen: Want, is men van het drinken moe Men slaapt gerust tot 's morgens toe. Vorige Volgende