Meta-meligheid
Jan: Zo Jacques, daar ben ik dan.
Jacques: Joe bent helemaal niet daar, Jan, volgens mij ben joe hier.
Jan: Ja, ik ben hier.
Jacques: Waarom zeg joe dan daar?
Jan: Hoezo dan. Wat zei ik?
Jacques: Joe zei: zo Jacques, ‘daar’ ben ik dan.
Jan: Wat is daarmee dat niet klopt zeker weer niet?
Jacques: Joe bent hier en niet daar! Om van dat ‘dan’ maar te zwijgen en om het over dat ‘zo’ maar helemaal niet te hebben.
Nietsvermoedende Lezer: Wat is dit voor een onzin?
Welwillende Recensent: Dit is een letterlijk citaat. Bladzijde 43 van Gevoelige plekjes van Wilhelmina Kuttje. Zojuist verschenen. Auteur: Wim T. Schippers. Ronflonflon Reeks Deel 1. Leuk, hè?
NL: Is het allemáál zo grappig?
WR: Nou en of. Er staan nog veel grappiger stukjes in. Mag ik nog even?
NL: Natuurlijk. U hebt er vast verstand van.
WR: Bladzijde 115:
Jan: Gaan we?
Wilhelmina: Hè?
Jan: Ik zit al!
Wilhelmina: Daar gaan we.
Jan: Jaja.
Wilhelmina: Daar gaan we.
Jan: Ja, begin dan!
Wilhelmina: Hij was al begonnen.
Jan: O.
Wilhelmina: Daar gaan we.
Jan: Godzalmeliefhebbe.
Wilhelmina: Kan ik nu?
Jan: Toe dan, mens!
WR: Genoeg zo?
NL: Ja. Ik lig eerlijk gezegd nog niet onder tafel van het lachen. Maar ik heb groot respect voor het gedrukte woord en voor geestige dialogen in het bijzonder, dus het zal wel aan mij liggen. Is het misschien juist zo ontzettend flauw dat het weer leuk wordt?
WR: U bedoelt dat het expres zo buitengewoon flauw is gemaakt, dat iedereen denkt dat de geestelijke vader er eigenlijk ver boven staat?
NL: Precies. Een soort meta-meligheid.
WR: Dat mochten ze willen. Ik zal U een verhaal vertellen.
NL: Ik luister.
WR: Er was eens een Schotse kasteelheer, die bemerkte dat de schitterende platte steen die al jaren als opstapje bij zijn voordeur werd gebruikt, erg versleten was geraakt. Eigenlijk was het ding hoognodig aan vervanging toe. Maar ja, dat zou geld kosten, want zulke stenen groeiden er niet op zijn landgoed. En de kasteelheer gaf liever geen geld uit.
NL: Allicht.
WR: Hij moest dus een list bedenken, en dat deed hij: Na rijp beraad besloot hij de steen om te draaien.
NL: Slim.
WR: Om vervolgens te ontdekken dat zijn vader dit vijftig jaar voordien ook al had gedaan.
NL: Haha. En wat wilt U met dat verhaal zeggen?
WR: Dat je jezelf met dit soort goedkope trucs tegenkomt. Die meta-meligheid is bedoeld om een versleten genre op zijn kop te zetten, maar die humor van Plafond c.s. is zelf ook allang versleten.
NL: Dat is spijtig. Maar platvloers is het gelukkig niet, wat ik zo hoor.
WR: In de hierboven geciteerde hoogtepunten niet, maar elders krijgt de platvloersheid alle ruimte, hoor.
NL: Ach, de welopgevoede mijnheer Charles Edgar du Perron bezigde ook wel eens het pseudoniem W.C. Kloot van Neukema.
WR: Zeker. Maar het gaat ook niet om het taalgebruik. Wilhelmina Kuttje is bijvoorbeeld geen onaardige naam. Helaas zijn de teksten gewoon stomvervelend.
NL: Wie geeft de Ronflonflon-Reeks uit?
WR: De Bezige Bij.
NL: Die heeft zeker niks anders te doen.
WR: Blijkbaar niet. Er zijn gelijk vier delen. Een tientje per stuk. Deel 2 heet Wel, en ook en bestaat uit een film woordenboek. Deel 3 draagt de titel Kuttje compleet. Gedichten en dialogen. Deel 4, ten slotte, heet De grote hoop. Als welwillende recensent vind ik deze titels helemaal niet slecht gekozen.
NL: Eh... voor de volledigheid: Deel 4, zijn dat ook dialogen?
WR: Inderdaad. Zal ik nog wat citeren?
NL: Neen, dank u vriendelijk. Ik geloof dat ik die dialogen zelf ook wel kan bedenken.
WR: Lezer, U neemt me de woorden uit de mond.
NM
Aan deze pagina werkten mee: Aukje Holtrop, Niek Miedema, Diny Schouten.